Moeder is boos.
Ze vindt mijn vader een onaardige vent en nog veel lelijker.
Ze heeft zich in hem vergist en de woorden die anders altijd blijven hangen, spuugt ze fel achter elkaar uit.
Ze wil weg. Weg van alles en vooral iedereen.
Weg van hier...zoals ze zegt.
Achter de rug van mijn vader trekt ze kwade blikken en glipt uit zijn zicht en gedachten.
Minuten later bekomt mijn vader van schrik en de vraag waarom?? maakt plaats voor waar..??
Waar is moeder?
...........................
De buurt wordt opgetrommeld, maar gek genoeg niemand ziet haar lopen.
Verslagen loopt mijn vader terug naar huis en bij het passeren van de garagedeur bemerkt hij wat hij eerst over het hoofd zag.
In de rolstoel zit een kleine breekbare gestalte. Met scheve rug naar de deur gekeerd.
Alleen haar zilvergrijze haren weerkaatsen het schaarse licht.
Vader legt zijn arm op haar schouder en helpt mijn moeder overeind.
Ze geeft hem een hand en samen schuifelen ze naar binnen, waar het lekker warm is, de poes op hen wacht en de gesprekken zachtjes voortgaan over de boterham die wordt gesmeerd.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Met belangstelling lees ik je weblog: hoe herkenbaar.
BeantwoordenVerwijderenKort en bondig, kernachtig, maar ook met zorg en liefdevol geschreven. Bravo!
Zo heeft ieder zijn/haar eigen verhaal.
Ik zal je voortaan volgen via de reader.
Groet, en sterkte,
Hans
zie ook: www.volg-riet.blogspot.com